Ik moest zelf een drempel over
Liever een gesprek
‘Eerst kreeg ik een dikke envelop met papieren thuisgestuurd. Die legde ik een tijd in de kast. Ik wilde zelf onderzoeken wat de oorzaak kon zijn. Ik ontkende het ook een beetje. Want ik weet dat minder zin in seks een bijwerking kan zijn. Maar als je dat toegeeft, geef je ook toe dat je jezelf niet meer bent. Het kost ook een hoop moeite alles uit te zoeken, terwijl je al weinig energie hebt. Ik had liever een gesprek gehad.’
Behoeften lopen uiteen
'Mijn vriend en ik willen wel met elkaar praten, maar dat doe je niet met je dochter erbij. En we sporten op verschillende dagen. De avond dat we thuis zijn, ben ik vaak moe. Maar ik voel dat hij misschien wel zin in seks heeft. Ik merk dat ik meestal het gesprek moet starten. Ik zou het fijn vinden als hij dat eens deed. Daar moeten we aan werken. Ik kan meestal goed tegen mensen zeggen wat ik wil. Dat moet ik ook tegen hem doen.’
Begeleiding
‘Ik had wel meer begeleiding gewild. Alleen in het begin, toen er nog niks aan de hand was, is ooit gevraagd: ‘hoe gaat het in je relatie?’ Maar daarna is er niet meer naar gevraagd. Ik heb me opgegeven voor een bijeenkomst met partner. Daar hoorden we van de POI-poli, een speciale poli in het Erasmus voor vrouwen die te vroeg in de overgang komen. Dat had ik zo graag eerder willen horen en weten. Je moet zo goed voor jezelf opkomen.'
Opvliegers
‘In de auto op weg naar Frankrijk hadden we een goed gesprek over intimiteit en seks. Ik heb toen gezegd: ‘Jij doet niks verkeerd, ik voel de behoefte gewoon niet meer.’ We hebben nog wel eens seks, al is het veel minder dan eerst. Dat doe ik dan voor hem. Hij is ook een gezonde vent van in de dertig. Hij vertelde me dat ik te veel aannames doe. Hij vindt het ook prima om te knuffelen en bij elkaar te liggen. Alleen hij vindt het fijn als ik soms iets meer moeite doe. Tijdens intieme momenten is het weleens lastig, want ik ben echt moe. Hij is best warmbloedig en ik kan dan zo’n last hebben van opvliegers. De opvliegers creëren letterlijk en figuurlijk afstand.'
Opgevoerde scooter
‘Ik heb hem uitgelegd hoe het voor mij is. Ik vergelijk het met zo’n scooter met een blauw kenteken. Die kan maar 30 kilometer per uur, daar zit een begrenzer op. Ik ben geen scooter van 50 kilometer per uur waar je een helm bij op moet. Je kunt mij niet opvoeren. Ik doe al heel veel moeite om seks te hebben. Ga maar eens vol gas door de begrenzing heen. Dat gaat niet. Zo voelt het voor mij.'
Vaker vragen
'Het had ons geholpen als we dat soort gesprekken eerder en vaker hebben. Maar het is ook moeilijk omdat we dingen anders verwerken. In het begin van de ziekte en het eerste jaar krijg je een hele tas aan folders mee. Ook een folder over seksualiteit. Maar er moet meer en vaker over gesproken worden. In het begin sta je in de overlevingsstand en ben je met hele andere dingen bezig. Je loopt hier pas later tegenaan. Niet alleen de arts hoeft het te doen. Dat kunnen ook anderen zijn die we spreken.
Marloes is 31 jaar en heeft uitgezaaide borstkanker. Haar hele verhaal lees je op de website van IKNL.nl.