Home Keuzes Euthanasie

Euthanasie

Veel mensen zijn niet bang voor de dood, maar voor het lijden voordat ze dood gaan. Ze vragen zich af: zal ik pijn hebben? Zal ik het benauwd hebben? Zal ik bang zijn?

Soms lijdt iemand zo erg, dat hij of zij niet meer verder wil leven. Je kan dan aangeven dat je euthanasie wil. Je kunt ook al eerder nadenken over euthanasie. Bij euthanasie maakt een arts een einde aan het leven, op verzoek van de patiënt. Je verzoek moet wel aan bepaalde voorwaarden voldoen.

Natuurlijk sterven

Veel mensen sterven op een ‘gewone’, natuurlijke manier: rustig en zonder veel pijn, angst of benauwdheid. Dat gaat vaak vanzelf of soms door medicijnen. Hoe sterven gaat, lees je op de pagina Stervensfase.

Soms hebben mensen hele erge klachten voor ze overlijden. Als de normale medicijnen niet genoeg werken, kun je extra medicijnen krijgen. Dit heet palliatieve sedatie. Bij palliatieve sedatie krijg je via een naaldje medicijnen toegediend. Je wordt dan rustig en bent minder of niet meer bij bewustzijn. De bedoeling is dat je geen last meer hebt van jouw klachten. Soms wordt je weer even wakker. Of je maakt wat geluid of beweegt. Dat is niet erg en hoort erbij.

Bij palliatieve sedatie wordt het leven niet beëindigd. Je leeft je leven tot het natuurlijke einde uit, terwijl je jouw klachten, door de palliatieve sedatie, niet of minder merkt. Je krijgt pas palliatieve sedatie als de verwachting is dat je binnen twee weken overlijdt. Palliatieve sedatie is dus niet hetzelfde als euthanasie.

Wanneer euthanasie? 

Sommige mensen lijden zo erg, dat ze niet meer verder willen leven. Ze kunnen niet meer. Dan spreek je van ondraaglijk lijden. Wat dat is, verschilt van mens tot mens. Het kan om lichamelijke klachten gaan, zoals pijn, uitputting, misselijkheid of benauwdheid. Het kan ook om geestelijke klachten gaan, zoals angst, somberheid en verwardheid. Vaak gaat het om een combinatie van klachten. 

De patiënt is de enige die kan zeggen wanneer ondraaglijk lijden begint. Waar de één nog positieve en waardevolle momenten beleeft, ervaart de ander die niet meer. Dan kan hij of zij aan euthanasie (levensbeëindiging op verzoek) denken. 

Euthanasie aanvragen 

Euthanasie of niet, dat is een belangrijke beslissing. Dat betekent dat er eerst goed over gepraat én nagedacht moet worden.  

Praten met je zorgverleners 

Als je bang bent voor het sterven, is het belangrijk om met je arts of verpleegkundige te praten. Zij kunnen je vertellen hoe gewoon sterven gaat. Ze kunnen je ook uitleg geven over euthanasie: Wat is het? Hoe gaat het? Wat merk je ervan? Waar je ook over nadenkt: het kan veel rust geven als je het bespreekt met je zorgverleners.  

Praten met je naasten 

Het is natuurlijk ook belangrijk om met je naasten over je levenseinde te praten. Ze kunnen heel verschillend reageren. De één wil je misschien op andere gedachten brengen, de ander steunt je misschien in je keuze. Het is goed om naar elkaar te luisteren. Maar ten slotte ben jij degene die een beslissing neemt.  

Vandaag is niet morgen 

Misschien vond je gisteren dat je leven ondraaglijk was, maar kijk je er vandaag weer anders tegenaan. Het komt ook vaak voor dat mensen hun grenzen opschuiven: ze wennen aan nieuwe situaties, die ze van tevoren misschien als ondraaglijk zagen. Het is dus belangrijk dat je goed nadenkt. Euthanasie is niet iets waar je in een opwelling voor kiest. Ook kost het vaak tijd om alles rond een euthanasie goed te regelen.

Voorwaarden voor euthanasie 

Als je vindt dat je ondraaglijk lijdt en er is geen verbetering mogelijk, dan kun je je arts om euthanasie vragen. Je arts zal je veel vragen stellen, want zij mag niet zomaar euthanasie geven. Zij moet zeker weten dat je verzoek aan de wettelijke eisen voldoet. Zij zal vragen: 

  • waardoor je jouw leven als ondraaglijk lijden ervaart
  • of er voor jou geen andere mogelijkheden zijn om jouw lijden draaglijk te maken 
  • of je zelf euthanasie wilt en niemand je onder druk zet 
  • of je er heel goed over hebt nagedacht en niet in een opwelling beslist 
  • of je precies weet wat euthanasie betekent en hoe het gaat 

Als je arts deze punten beoordeeld heeft, zal er nog een tweede (onafhankelijke) arts met je praten. Deze tweede arts is een SCEN-arts die speciaal is opgeleid om euthanasieverzoeken te beoordelen. SCEN is een afkorting van Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland. 

De SCEN-arts checkt het werk van jouw eigen arts, om zeker te weten dat zij zich aan de euthanasiewet houdt. De SCEN-arts wil ook met je praten zonder dat er anderen bij zijn. Zij wil zeker weten dat je de euthanasie echt zelf wilt en dat je niet onder druk wordt gezet door andere mensen. De SCEN-arts zal meestal ook willen praten met je naasten en zorgverleners.  

De SCEN-arts schrijft een verslag waarin staat of jouw verzoek aan de wettelijke eisen voor euthanasie voldoet. Dit verslag gaat naar je eigen arts die het met je bespreekt. Als de SCEN-arts vindt dat het verzoek aan de wettelijke eisen voldoet, kan jouw arts verdere afspraken met jou maken. Bijvoorbeeld wanneer en wie je bij de euthanasie wilt hebben.   

Als het verzoek om euthanasie niet aan alle zorgvuldigheidseisen voldoet, adviseert de SCEN-arts negatief. Bijna altijd neemt je arts dit negatieve advies over. De euthanasie wordt dan niet gegeven. Je arts mag een negatief advies naast zich neerleggen en toch de euthanasie uitvoeren. Maar dat besluit moet zij wel kunnen uitleggen. Het besluit dat de euthanasie niet doorgaat, geldt niet voor altijd. Als de situatie verandert, kan je arts je verzoek opnieuw in behandeling nemen. 

Mag je arts weigeren? 

Niet alle artsen willen euthanasie geven. Je eigen arts mag dat dus ook weigeren. Sommige artsen geven nooit euthanasie uit principiële reden. Soms weigert een arts omdat zij vindt dat jij (nog) niet ondraaglijk en uitzichtloos lijdt. Maar zij mag jou niet tegenhouden. Zij kan je verwijzen naar een andere arts. Je kunt ook zelf op zoek gaan naar een andere arts. 

Hulp bij zelfdoding 

Samen met je naasten en je arts bespreek je wanneer en waar je wilt sterven en wie je er graag bij wilt hebben. Euthanasie kan via een infuus of met een drankje. Als je voor een drankje kiest, krijg je dit van je arts. Je neemt dit drankje dan zelf in. Dit kan niet als je problemen hebt met slikken. Officieel heet het dan geen euthanasie maar ‘hulp bij zelfdoding’. Je arts bespreekt met je wat in jouw situatie kan en wat je het liefste hebt.  

Bij euthanasie via een infuus val je eerst in een diepe slaap. Daarna krijg je een middel dat de spieren verlamt, ook de ademhalingsspieren. Je ademhaling stopt en je hart stopt met kloppen. Je overlijdt dan snel en rustig. 

Hoe gaat het verder na euthanasie? 

Na de euthanasie belt de arts de lijkschouwer van de gemeente. De lijkschouwer komt kijken en controleert of de patiënt door euthanasie is overleden. De lijkschouwer laat een verklaring achter voor de uitvaartverzorger. De uitvaartverzorger kan komen, als de lijkschouwer is geweest. 

Je arts vult een meldingsformulier en een verslag in. De lijkschouwer stuurt de verslagen van de arts en de SCEN-arts naar de regionale toetsingscommissie euthanasie. De leden van deze commissie beoordelen of de arts zorgvuldig heeft gehandeld. Ze sturen de arts hierover een brief. 

Heb je gevonden wat je zocht?

Meer weten? Stel je vraag

Neem voor spoedeisende vragen en vragen over je persoonlijke, medische situatie altijd contact op met je eigen arts of verpleegkundige.
Stel jouw vraag